Mobiliteit

Voetgangers, fietsers en openbaar vervoer krijgen topprioriteit in de centra.

  1. Groen wil duidelijke keuzes maken voor een bereikbare, gezonde en leefbare stad en dit door efficiënt, aangenaam en betaalbaar verkeer. Het STOP-principe moet overal worden gerespecteerd en een lussensysteem voor auto ‘s moet doorgaand verkeer uit de binnenstad houden. Door in te zetten op andere verkeersmodi (fiets, openbaar vervoer, deelauto ‘s, ..) kan het met minder auto ‘s en verbetert de leefkwaliteit en de verkeersveiligheid in de stad en de dorpskernen.
  2. De fiets is het aangewezen vervoermiddel voor de binnenstad en krijgt prioriteit bij stadsplanning en (her)aanleg van wegen. Fietsers uit de stadsrand en de deelgemeenten moeten veilig van en naar het centrum geraken. Een veilig en comfortabel fietsroutenetwerk, waar mogelijk gescheiden van het autoverkeer, is daarbij noodzakelijk. Niet de auto maar de fietser en voetganger worden aan de schoolpoort verwacht. De huur van fietsen moet gratis zijn en fietsen moeten comfortabel en veilig achtergelaten kunnen worden.
  3. De stad en de deelgemeenten moeten vlot bereikbaar en makkelijk toegankelijk zijn voor mindervaliden. Alle voetpaden hebben minstens een vrije doorgang van anderhalve meter. Mindervaliden kunnen gebruik maken van taxicheques, krijgen een abonnement om gratis gebruik te maken van het openbaar vervoer en hebben toegang tot het centrum met een gemotoriseerd transportmiddel.
  4. De maximaal toegelaten snelheid in woonkernen en nabij scholen is 30 km/u. In de rest van de bebouwde kom bedraagt de maximumsnelheid 50 km/u. Een duidelijk, uniform en leesbaar wegbeeld zorgt voor een hogere acceptatiegraad van het geldende snelheidsregime.
  5. Aalst moet mee aan de kar trekken voor een kwalitatief en betaalbaar netwerk van openbaar vervoer op het volledige grondgebied. De bussen van De Lijn moeten van en naar de deelgemeenten rijden tot middernacht. Tot die tijd moet Aalst ook bereikbaar zijn vanuit grote steden als Gent en Brussel.
  6. Groen wil veilige schoolomgevingen. De stad Aalst moet investeren in veilige toegangswegen die ervoor zorgen dat leerlingen en hun ouders kunnen kiezen voor duurzaam vervoer. Scholen kunnen over de netten heen samenwerken om het leerlingenvervoer op het Aalsters grondgebied te organsieren. De stad moet vervoer van alle kinderen tot 18 jaar subsidiëren. Schoolomgevingen moeten autoluw en verkeersveilig zijn. Nabij allle scholen moet een veilige verkeerscirculatie gelden. Scholen die niet gelegen zijn langs drukke verkeerswegen, worden tijdens de schooluren schoolstraat. Alleen bewoners krijgen op dat moment nog toegang tot hun straat. Er kunnen veilige parkeer- en kissand-ride-zones worden aangelegd op wandelafstand (tot 500 meter) van de school.

Vrachtverkeer en auto’s moeten zoveel mogelijk uit de woonkernen verdwijnen.

  1. In woonstraten wordt 3,5 ton de maximumnorm voor vrachtverkeer. We stimuleren bedrijven om hun logistiek en vrachtverkeer indien mogelijk via de waterweg te organiseren. Laden en lossen van vracht in het centrum kan enkel nog met kleine (elektrische) vrachtwagens of waar mogelijk met bakfietsen. Omdat autodelen de noodzaak van het bezitten van een eigen auto drastisch vermindert, faciliteert de stad autodelen op haar grondgebied en geeft ze zelf het goede voorbeeld met haar eigen wagenpark.
  2. Randparkings moeten de auto uit de binnenstad houden. Centrumparkings binnen de wallenring (Hopmarkt, Houtmarkt, Varkensmarkt, Kroonparking, Peperstraat) kunnen worden gebruikt door bewoners zodat auto’s van de straat worden gehaald en er meer ruimte komt voor trage weggebruikers en openbaar vervoer. De parkings buiten de ring (Burcht, Keizershallen, station, NAC) kunnen blijvend dienst doen voor winkel- en vrijetijdsgebruik. Vanaf de randparkings moet er een vlotte verbinding worden gerealiseerd naar het stadscentrum via het openbaar vervoer, fietstaxi’s, gedeelde fietsen, kleine stadsbusjes, … Zo willen we ernstige inspanningen leveren om uitstoot drastisch te verminderen.

Concrete voorstellen ‘mobiliteit’

  • Groen wil tegen het eind van de volgende legislatuur (2024) overal waar auto’s sneller dan 30 km per uur mogen rijden een fietspad, bij voorkeur gescheiden van de rijweg of verhoogd t.o.v. de rijbaan.
  • Groen wil dat fiersroutes niet stoppen aan de ring maar ook in het centrum zichtbaar zijn via aangepaste ifrstructuur, bewegwijzering, …
  • Elk fietsknelpunt op de R41 (de Haring, Albrechtlaan, …) moet worden weggewerkt door een veilige boven-, of ondergondse kruising om conflictsituaties te vermijden.
  • Groen wil de spoorlijn van Zottegem naar Aalst (gedeelte Burst – Aalst) verdubbelen en electrificeren om deze lijn te optimalsieren ten voordele van de verbinding Aalst – Zottegem.